De eerste pop-up tentoonstelling Verzet tegen slavernij van het Nationaal Slavernijmuseum (in wording) is afgelopen vrijdag in het Verzetsmuseum Amsterdam geopend. De tentoonstelling behandelt zowel het verzet van tot slaaf gemaakte mensen zelf als de anti-slavernijbeweging in Nederland. Verzet tegen slavernij werd geopend door de Amsterdamse wethouder Kunst en cultuur, Evenementen, Inclusie en antidiscriminatiebeleid Touria Meliani en de staatssecretaris van OCW, Cultuur en Media, Fleur Gräper-van Koolwijk. De pop-up is vanaf vrijdag 29 maart geopend voor het publiek en loopt tot half augustus 2024.
Verzet tegen slavernij
Verzet tegen slavernij is de eerste pop-up tentoonstelling van het Nationaal Slavernijmuseum, in samenwerking gemaakt met het Verzetsmuseum Amsterdam, en behandelt zowel de slavenopstanden als de opkomst van de Nederlandse anti-slavernij-activisten, ofwel de abolitionisten. Dat waren vaak jongeren en vrouwen. Berichten over de behandeling van de tot slaaf gemaakte mensen drongen steeds vaker door tot de Nederlandse samenleving en wekten verontwaardiging. De 17-jarige Frits Moquette richtte bijvoorbeeld, na het lezen van de brieven van zijn vader in Suriname en het boek Uncle Tom’s Cabin, het Jongelings Genootschap ter Afschaffing der Slavernij op.
Staatssecretaris Fleur Gräper-van Koolwijk: “Het is belangrijk dat het héle verhaal over het slavernijverleden wordt verteld. Zowel het verhaal over de mensonterende onderdrukking als het verzet daartegen. Vele mensen zijn in het verleden op verschillende plekken, van Suriname tot Curaçao, in opstand gekomen tegen slavernij. Door te saboteren, te vertragen of werkzaamheden te weigeren, te vluchten en samen in opstand te komen. Dat is te lang onderbelicht gebleven. De tentoonstelling Verzet tegen slavernij brengt dit treffend in beeld.”
Wethouder Touria Meliani: “Ik ben ontzettend trots dat vandaag de eerste pop-up tentoonstelling van het toekomstige Nationaal Slavernijmuseum is geopend. Een tentoonstelling over het verzet van tot slaaf gemaakte mensen mede als de anti-slavernijbeweging in Nederland. Langzamerhand wordt ons beeld van de geschiedenis aangevuld. Het zijn wetenschappers, activisten, kwartiermakers en kunstenaars die in de archieven, in musea als deze, achterstallig onderhoud aan de geschiedenis plegen. En ons een nieuwe blik laten werpen op de geschiedenis.”
Tot de realisatie van het Nationaal Slavernijmuseum wordt er op verschillende plekken een aanloopprogrammering georganiseerd. De volgende pop-up tentoonstelling komt in het Nationaal Archief in Den Haag. Deze zal gaan over hoe je in archieven je weg kunt vinden naar informatie over families en landstreken die verbonden zijn met het Nederlandse slavernijverleden en het koloniale verleden.
Nationaal Slavernijmuseum
Nederland krijgt in Amsterdam het Nationaal Slavernijmuseum. Een museum dat een brug wil bouwen vanuit het gedeelde verleden, via een hoopvol heden naar een gezamenlijke toekomst. Inhoudelijk zal het museum zich richten op een breed publiek, met een focus op educatie, kunst, kennis en onderzoek. Kwartiermakers zijn Peggy Brandon, John Leerdam en David Brandwagt. De verwachting is dat het Nationaal Slavernijmuseum in 2030 de deuren opent. Het Nationaal Slavernijmuseum wordt mede mogelijk gemaakt door de Gemeente Amsterdam en het ministerie van OCW.
Verzetsmuseum Amsterdam
Het Verzetsmuseum Amsterdam werd in 1985 geopend en verhuisde in 1999 naar het huidige onderkomen, gebouw Plancius. Na een interne verbouwing heropende het museum in 2022 met een nieuwe tentoonstellingsinrichting met vele aangrijpende, persoonlijke verhalen die de bezoeker dicht op de huid van de geschiedenis brengt. De openingstijden van het Verzetsmuseum Amsterdam zijn doordeweeks van 10.00 tot 17.00 uur en in het weekend van 11.00 tot 17.00 uur. De entree voor volwassenen is € 16,-, voor Museumkaarthouders gratis.