Tresoar laat de zogenoemde ‘Richthofencollectie’ de komende periode bestuderen door onderzoeksgroep Pastei. De Richthofencollectie bestaat uit tien middeleeuwse rechtshandschriften en geldt als topcollectie. Pastei onderzoekt onder andere de materiële staat van de handschriften, wie de voormalige eigenaren waren en hoe de handschriften zo optimaal mogelijk digitaal weergegeven kunnen worden.
Het belang van de Richthofencollectie zit hem met name in het feit dat zes van de tien handschriften in de Oudfriese taal zijn geschreven; daarmee bevat de collectie een groot deel van wat er aan Oudfries overgeleverd is. Want in totaal zijn er maar zestien Oudfriese handschriften bekend, naast het eerste in het Fries gedrukte boek. Van dat boek – het ‘Freeska Landriucht’ (1484-86) – heeft Tresoar ook drie exemplaren, die ook in dit onderzoek meegenomen worden.
De Richthofencollectie is aangekocht in 1922. De handschriften zijn verzameld door de Pruisische rechtsgeleerde Karl von Richthofen (1811-1888), die zich had gespecialiseerd in middeleeuws Fries recht. Vanwege geldzorgen bood de familie in 1922 de collectie te koop aan. In Fryslân werd snel een crowd funding-actie onder organisaties en burgers opgezet, om deze belangrijke verzameling naar Fryslân te halen. De actie leverde 15.000 gulden op.
De collectie wordt onderzocht door Pastei, een onafhankelijke onderzoeksgroep bestaande uit drie man: Herre de Vries, Riemer Janssen en Anne Popkema.
Het onderzoek moet in 2022 klaar zijn, als de Richthofencollectie een eeuw in Fryslân is.
NB: de collectie is aangekocht in 1922, maar bevindt zich pas sinds 1923 in Fryslân.
